Op 5 december 2019 werd in de Europese richtlijn ‘JRC EUR 29666’ vastgesteld hoe de analyse-methode van MOSH en MOAH in babyvoeding eruit moet zien. MOSH en MOAH kunnen voorkomen in voedingsproducten door ‘besmetting’ met minerale oliën, die niet thuishoren in voeding. Bijvoorbeeld via migratie van minerale inkt uit de verpakking. De nieuwe richtlijn moet analysemethoden voor MOAH in babyvoeding meer gelijktrekken, zodat analyseresultaten beter met elkaar te vergelijken zijn. Het Eurofins lab in Zeeuws-Vlaanderen is een van de eerste laboratoria die voldoet aan de nieuwe richtlijn. Khalid Bensbaho, specialist in MOSH en MOAH-analyses, legt uit wat er nieuw is. Zo is er een extra processtap toegevoegd. En in het lab in Zeeuws-Vlaanderen is het nu ook mogelijk om de bron van de ‘besmetting’ te achterhalen. Hoe zit dat? Khalid Bensbaho praat ons bij.
Er ontstond behoefte aan een nieuwe richtlijn, na een publicatie van Foodwatch in 2019. Daarin vermeldde Foodwatch dat in verschillende merken zuigelingenvoeding minerale oliën (MOSH en MOAH) aanwezig waren. Foodwatch publiceerde dit artikel nadat zij een aantal merken zuigelingenvoeding hadden laten analyseren. Voor MOSH en MOAH waren geen wettelijke eisen vastgesteld, maar Foodwatch stelde dat contaminatie met minerale oliën in zuigelingenvoeding niet gewenst is. Producenten trokken de resultaten van Foodwatch in twijfel en kwamen met andere onderzoeksresultaten. In Brussel, bij het Joint Research Centre van de Europese Commissie, maakten 77 stakeholders op 5 december 2019 afspraken tijdens een rondetafelgesprek, waaronder vertegenwoordigers van producenten van zuigelingenvoeding, laboratoria, EFSA en het Joint Research Centre zelf. Khalid Bensbaho was erbij. Onder zijn leiding ontwikkelde het Eurofins laboratorium in Zeeuws-Vlaanderen de minerale olie-analyses voor MOSH en MOAH. Het laboratorium in Zeeuws-Vlaanderen voldoet nu als een van de eersten aan de richtlijn.
“We moeten kinderen beschermen tegen MOSH en MOAH”
“De richtlijn gaat alleen over de methode voor MOAH in melkpoeder”, vertelt Bensbaho. “Per voedingsproduct verschilt de methode. Het onderzoek naar MOSH en MOAH is daardoor uitermate complex. Veel zaken en stoffen kunnen storing veroorzaken tijdens het onderzoek en moeten dus worden geëlimineerd zodat het onderzoek de juiste uitkomst heeft.” In dit geval gaat het over babyvoeding. “Kleine kinderen zijn kwetsbaar. We moeten hen beschermen tegen stoffen als MOSH en MOAH. Ieder lab had zijn eigen analysemethode. Met de komst van de nieuwe richtlijn is er geen discussie meer over de uitkomsten van het onderzoek”, vertelt Bensbaho.
Er ontstond behoefte aan een nieuwe richtlijn, na een publicatie van Foodwatch in 2019. Daarin vermeldde Foodwatch dat in verschillende merken zuigelingenvoeding minerale oliën (MOSH en MOAH) aanwezig waren. Foodwatch publiceerde dit artikel nadat zij een aantal merken zuigelingenvoeding hadden laten analyseren. Voor MOSH en MOAH waren geen wettelijke eisen vastgesteld, maar Foodwatch stelde dat contaminatie met minerale oliën in zuigelingenvoeding niet gewenst is. Producenten trokken de resultaten van Foodwatch in twijfel en kwamen met andere onderzoeksresultaten. In Brussel, bij het Joint Research Centre van de Europese Commissie, maakten 77 stakeholders op 5 december 2019 afspraken tijdens een rondetafelgesprek, waaronder vertegenwoordigers van producenten van zuigelingenvoeding, laboratoria, EFSA en het Joint Research Centre zelf. Khalid Bensbaho was erbij. Onder zijn leiding ontwikkelde het Eurofins laboratorium in Zeeuws-Vlaanderen de minerale olie-analyses voor MOSH en MOAH. Het laboratorium in Zeeuws-Vlaanderen voldoet nu als een van de eersten aan de richtlijn.
“We moeten kinderen beschermen tegen MOSH en MOAH”
“De richtlijn gaat alleen over de methode voor MOAH in melkpoeder”, vertelt Bensbaho. “Per voedingsproduct verschilt de methode. Het onderzoek naar MOSH en MOAH is daardoor uitermate complex. Veel zaken en stoffen kunnen storing veroorzaken tijdens het onderzoek en moeten dus worden geëlimineerd zodat het onderzoek de juiste uitkomst heeft.” In dit geval gaat het over babyvoeding. “Kleine kinderen zijn kwetsbaar. We moeten hen beschermen tegen stoffen als MOSH en MOAH. Ieder lab had zijn eigen analysemethode. Met de komst van de nieuwe richtlijn is er geen discussie meer over de uitkomsten van het onderzoek”, vertelt Bensbaho.
Extra processtappen in de analysemethode
Tijdens de analyse onderzoeken laboratoria eerst of MOSH en MOAH in de zuigelingenvoeding voorkomt. “Daarna moeten alle laboratoria bevestigen dat het gaat om olie uit fossiele bron. Dat gebeurde nog niet in elk laboratorium. Zo onderscheiden we de minerale olie van plantaardige olie”, vertelt Bensbaho. Met 25 jaar ervaring in de chemie weet Bensbaho waar hij over praat. Ook in de analyse van MOSH en MOAH in zuigelingenvoeding, zijn er stoorfactoren. “In het monster zitten vaak vetzuren van natuurlijke oorsprong. Daarom is ‘verzeping’ een noodzakelijke stap om de vetzuren uit het monster te halen. De vetzuren bemoeilijken de meting namelijk.” Voor Eurofins lab Zeeuws-Vlaanderen verandert er daarmee niet veel. Bensbaho: “Wij werkten al op deze manier. De richtlijn is dat de verzeping minimaal 30 minuten moet duren. Wij hebben de verzepingstijd daarom verlengd. Onze verzepingstijd was iets korter dan 30 minuten. Verder hebben we eigenlijk weinig aanpassingen hoeven doen, omdat we al bijna werkten conform de richtlijn.
Tijdens de analyse onderzoeken laboratoria eerst of MOSH en MOAH in de zuigelingenvoeding voorkomt. “Daarna moeten alle laboratoria bevestigen dat het gaat om olie uit fossiele bron. Dat gebeurde nog niet in elk laboratorium. Zo onderscheiden we de minerale olie van plantaardige olie”, vertelt Bensbaho. Met 25 jaar ervaring in de chemie weet Bensbaho waar hij over praat. Ook in de analyse van MOSH en MOAH in zuigelingenvoeding, zijn er stoorfactoren. “In het monster zitten vaak vetzuren van natuurlijke oorsprong. Daarom is ‘verzeping’ een noodzakelijke stap om de vetzuren uit het monster te halen. De vetzuren bemoeilijken de meting namelijk.” Voor Eurofins lab Zeeuws-Vlaanderen verandert er daarmee niet veel. Bensbaho: “Wij werkten al op deze manier. De richtlijn is dat de verzeping minimaal 30 minuten moet duren. Wij hebben de verzepingstijd daarom verlengd. Onze verzepingstijd was iets korter dan 30 minuten. Verder hebben we eigenlijk weinig aanpassingen hoeven doen, omdat we al bijna werkten conform de richtlijn.
Terug naar de bron
Het lab in Zeeuws-Vlaanderen gaat nog een stap verder. Niet alleen bevestigen specialisten dát het gaat om minerale olie, ze onderzoeken er ook om welk type minerale olie het gaat. Bensbaho: “Minerale olie heeft een soort ‘vingerafdruk’: de zogenoemde ‘fingerprint’ van de koolstofketens. Aan de hand daarvan achterhalen we de bron. Zo heeft benzine waarden tussen C6 en C12 en diesel tussen de C10 en C30. Kerosine of smeerolie hebben weer andere herkenbare waarden. Zo kunnen we een uitspraak doen over waar de minerale olie vandaan komt. Dat kan bijvoorbeeld afkomstig zijn van de verpakking, bijvoorbeeld als de minerale inkt migreert vanuit het karton naar het voedingsproduct”, aldus Bensbaho. Maar dat is niet de enige mogelijkheid van hoe MOSH en MOAH in een voedingsproduct terecht kan komen. Bensbaho: “Tijdens het productieproces kan smeerolie in machines voor besmetting zorgen. En bij het transport kunnen uitlaatgassen spreekwoordelijk roet in het eten gooien.
Bijna elk product moet op transport. Stel: de lading komt per vliegtuig en de producent neemt geen maatregelen om de contaminatie te beperken. Dan kan er door de kerosine die vrijkomt in de lucht tijdens het laden en lossen maar zo MOSH en MOAH in het voedingsproduct terechtkomen. Andere mogelijke bronnen zijn milieuvervuiling of pesticiden, die ook minerale oliën kunnen bevatten. Besmetting kan plaatsvinden als een product bijvoorbeeld in contact komt het een ander product tijdens transport zonder bescherming. Vaak heeft een producent meerdere producten, die hij maakt met verschillende grondstoffen en halffabricaten uit diverse landen. Daarom weet hij zelf vaak niet waar de bron zit. Het analyseresultaat biedt dan aanknopingspunten.”
Meer weten?
In het Eurofins-laboratorium in Zeeuws-Vlaanderen werken Khalid Bensbaho en zijn specialisten dagelijks aan MOSH en MOAH-analyses en speuren zij naar informatie over de besmetting. Deze analyses worden onder accreditatie van de Raad voor Accreditatie (RvA) uitgevoerd in verschillende matrices, zoals levensmiddelen en verpakkingsmateriaal. Interesse in een analyse op MOSH en MOAH of een brononderzoek? Neem dan contact op met lab Zeeuws Vlaanderen via sales-food-nl@eurofins.com of via +31 (0)114 635400.
Meer weten?
In het Eurofins-laboratorium in Zeeuws-Vlaanderen werken Khalid Bensbaho en zijn specialisten dagelijks aan MOSH en MOAH-analyses en speuren zij naar informatie over de besmetting. Deze analyses worden onder accreditatie van de Raad voor Accreditatie (RvA) uitgevoerd in verschillende matrices, zoals levensmiddelen en verpakkingsmateriaal. Interesse in een analyse op MOSH en MOAH of een brononderzoek? Neem dan contact op met lab Zeeuws Vlaanderen via sales-food-nl@eurofins.com of via +31 (0)114 635400.
Publicatiedatum: 9 september 2020
Heeft u een vraag? Bel of mail ons gerust.
Bel ons
+31(0)114383816Mail ons
dioxine-zvl@ftbnl.eurofins.comContactgegevens België
Bel ons
BE: +32 (0)50 45 00 60